Beginners Handleiding
Inhoudsopgave
1 Introductie
De volgende paragrafen zijn een beknopte handleiding / tutorial voor het opbouwen en simuleren van een eenvoudig model in CASPOC. Na het doorlezen van deze paragrafen (± 30 minuten) bent u in staat zelfstandig modellen in de schematische editor te maken en te simuleren.
Start Caspoc door het selecteren van Programma’s, Caspoc, Caspoc.
Na het opstarten komen we in het beginscherm van "Caspoc ".
In deze paragraaf wordt het maken van een schema voor caspoc besproken. Het is belangrijk deze stappen in detail te volgen.
2.1 Opbouwen van het elektrische schema
Hierna gaan we het onderstaande schema simuleren.
We beginnen met het plaatsen van de componenten. Selecteer in de lijst links op het scherm de gestuurde spanningsbron "B". Klik met de linker muisknop op de B en weer loslaten.
Beweeg de muis naar de rechterkant van het scherm. We slepen nu als het ware de component naar ons werkblad. Door nogmaals op de linker muisknop te drukken, plaatsen we de component. In het elektrische circuit moet minimaal 1 label ‘Ground’ of ‘0’ voorkomen. Selecteer [Yes] in de volgende dialog box.
Alle spanningen in het elektrische circuit worden ten opzichte van dit knooppunt gemeten.
Ga met de muisaanwijzer op de component staan en druk op de rechter muisknop, we krijgen de volgende window te zien.
De naam van onze component blijft B1 en de richting wordt 180ş. Klik hiervoor op 180ş. Deze hoek geeft de richting van de stroom door de component aan zoals in onderstaande figuur.
We zien nadat we op OK hebben gedrukt en [Yes] hebben geselecteerd voor het automatisch invoegen van het label ‘Ground’, dat de component gedraaid is.
Vervolgens gaan we de diodes plaatsen, we selecteren hiervoor "D" in de lijst (zie ook bovenstaande figuur) en slepen de component weer naar de rechterkant en plaatsen hem boven component B1.
Ook van deze component kunnen we de gegevens invoeren door middel van de rechter muisknop. De naam blijft weer hetzelfde, de richting wordt nu 270ş. De waarde verwijst naar het model van de diode, maar dit blijft nu ongewijzigd.
Als we de component nu selecteren met de linker muisknop, zal deze gestreept worden weergegeven.
Als je de linker muisknop nu ingedrukt houdt, kan je de component verplaatsen. Na loslaten van de muisknop wordt de component geplaatst. Door in de lijst aan de linkerkant nogmaals D te selecteren en daarna naar rechts te schuiven en te klikken op de linker muisknop, plaatsen we de tweede diode. Met behulp van selecteren met de linker muisknop en ingedrukt houden, slepen we ook deze diode naar zijn plaats. Zo plaatsen we ook diode 3 en 4. In onderstaande figuur hebben we dat al gedaan en tevens L geselecteerd in de lijst rechts en de spoel. (L1) geplaatst.
We selecteren L1 met de rechter muisknop en vullen de gegevens in.
De naam wordt "Lfilter", de waarde 50mH en de richting 180ş.
In onderstaande figuur is ook de condensator erbij geplaatst. ( C1 )
Ook voor de condensator voeren we de juiste gegevens in.
De naam wordt "Cload", de waarde 1mF en de richting 90ş.
Ditzelfde doen we ook nog met de laatste component, de weerstand Rload. In onderstaande figuur is te zien dat deze al geplaatst is en dat de eerste verbindingslijn al getekend is.
Deze lijn kun je tekenen door het knooppunt linksboven aan te klikken met de linker muisknop en deze ingedrukt te houden. Vervolgens verplaats je de muis naar het punt waar de lijn moet eindigen en laat vervolgens de linker muisknop los en de lijn wordt getekend.
Als we een fout gemaakt hebben kunnen we deze lijn ook weer verwijderen. Ga met de muisaanwijzer op de lijn staan en klik dan op de linker muisknop, de lijn wordt geselecteerd (gestreept weergegeven), door nu op de toets Delete op het toetsenbord te drukken verwijdert u de lijn. Op dezelfde manier verwijdert u ook een component of blokje.
Om een knooppunt te verwijderen of een heel kort lijnstukje, gaat u op het knooppunt of bij een lijnstuk op één van de knooppunten staan en klikt u op de rechter muisknop. Kies in het dialoogvenster [Delete node], het knooppunt of lijnstuk zal nu verwijderd worden.
Na het tekenen van alle lijnen hebben we de volgende figuur.
In het elektrische schema moeten we een referentiepunt aangeven door middel van "0" of "ground". Alle spanningen worden ten opzichte van dit knooppunt uitgerekend. We nemen in ons voorbeeld het knooppunt rechtsonder. Klik hierop met de rechter muisknop en het volgende window verschijnt.
Type in het tekstvak de tekst "ground" of het cijfer "0". Kies OK.
Het label "Ground" is bij de spanningsbron B1 dubbel gedefinieerd. Verwijder dit label door het aan te klikken met de rechter muisknop. Het label is te wissen door het indrukken van de [DEL] op uw toetsenbord. Klik hierna op [OK]. Tevens definieert u ook het label "out". We hebben nu de volgende figuur.
2.2 Opbouwen van het blokschema
Het elektrische schema is nu klaar, nu alleen nog ons blokschema. Dit schema bestaat uit een blokje TIME (de lopende simulatietijd in seconden) en een blokje SIGNAL (een signaal generator) om een voedingsbron met een sinusvormig signaal van 25 Volt te maken. Eerst plaatsen we het blokje TIME op dezelfde manier zoals we een component plaatsen. Open in het linker overzicht Components/Blocks/Source totdat TIME te zien is. Selecteer het blok TIME door klikken en loslaten en sleep het naar rechts. Plaats het blokje door klikken en loslaten.
Selecteer met de rechter muisknop het blokje en vul bij de naam "t" in. Dit is tevens het label van de uitgang van het blok.
Het blok SIGNAL plaatsen we achter het blok TIME zoals in de volgende figuur.
De vijf overgebleven ingangen vullen we in op de manier zoals we dat ook bij "ground" hebben gedaan (Selecteren met de rechter muisknop).
- Gelijkspanning : 0 V
- Amplitude : 25 V
- Frequentie : 50 Hz
- Phase : 0 rad
- Dutycycle : 0 0<d<1
Nu selecteren we het blok SIGNAL met de rechter muisknop.
De derde parameter P3 geeft de golfvorm aan. Een 3 is een sinusvorm. De naam wordt "Vin".
Nu hebben we het elektrische schema en het blokschema af, rest alleen nog de verbinding tussen deze twee. Daarvoor trekken we een lijn tussen de uitgang van het blok SIGNAL en de ingang van de component B1.
Uiteindelijk selecteren we het blok "SCOPE", waarin de simulatieresultaten getoond zullen worden. Selecteer het blok scope in het linker overzicht (components/Blocks/Sinks/Scope) en plaats het in het schema op zodanige wijze dat de ingang van het blokje "SCOPE" over het knooppunt van de weerstand valt. De scope is ook te selecteren door het aanklikken van de eerste button op de onderste buttonbar.
Het schema is klaar. We moeten alleen nog specificeren wat de stapgrootte voor de simulatie is en hoeveel seconden simulatietijd we op het scherm willen zien. Selecteer het menu item Simulation/Simulation Parameters.
In dit voorbeeld is de integratiestapgrootte gelijk aan 100m s en de lengte van het scherm is gelijk aan 100ms. De checkbox
[x]Wait After Screen
geeft aan dat na 100ms simulatie tijd de simulatie stopt en wacht op de gebruiker m verder te gaan.
Selecteer [OK] om de simulation parameters dialog box te sluiten.
Alles is nu ingevoerd en we kunnen ons schema opslaan. Kies hiervoor File, Save As en geef het schema een naam. In dit geval "example".
Het dialoogvenster Save As verschijnt, vul bij File name: de naam in die u uw schema wilt geven en druk op [Save]
De simulatie wordt direct in de schematic editor gestart. De simulatieresultaten zijn direct zichtbaar in het schema in de automatisch schalende "SCOPE". Herschaling gebeurt iedere keer als de simulatie voortgezet wordt.
Start de simulatie door Simulation/Start simulation te selecteren.
De simulatie zal direct starten en de resultaten worden zichtbaar in de scope. De schaal van de scope is nog niet gedefinieerd.
Om de simulatie resultaten nauwkeurig te bekijken openen we het blokje "SCOPE" door het met de rechtermuistoets aan te klikken. Een herschaalbaar window komt tevoorschijn.
De numerieke waarden van het simulatieresultaat zijn af te lezen in de listbox onderaan de window. Gebruik de pijltjestoetsen om door het resultaat heen te stappen.
De simulatie kan voortgezet worden door de [ENTER] toets op het toetsenbord in te drukken, of door het selecteren van Simulation/Continue simulation.
Op ieder gewenst moment kan de simulatie onderbroken worden, voor het maken van veranderingen aan het schema. De simulatie kan dan weer worden voortgezet met [ENTER].
In deze paragraaf wordt het exporteren van figuren voor het gebruik in documenten besproken.
4.1 Exporteren van simulatie resultaten naar een text verwerker
De simulatieresultaten kunnen naar het clipboard gekopieerd worden, zodat ze in een tekstverwerkingsprogramma of tekenprogramma verwerkt kunnen worden.
Om simulatie resultaten in een tekstverwerker op te nemen, is het handig om een witte achtergrond met donkere lijnen te hebben. Dit voorkomt een overmatig toner gebruik.
Selecteer in het scope window Option/Background Color
Start de simulatie. Alles wordt nu monochrome uitgevoerd. Als de simulatie klaar is, druk dan op het toetsenbord op de toets "Printscreen". Ga naar de tekstverwerker bijv. Word, zet de cursor op de plaats waar de grafiek moet komen en kies in het menu bewerken de optie plakken, de grafiek wordt ingevoegd.
Het is ook mogelijk om het elektrische schema samen met het blokschema in te lezen in Word. Hiervoor openen we het menu Tools en kiezen Export EMF.
Het dialoogvenster Save As verschijnt.
We geven de directory op waar de *.EMF file moet komen en geven er een naam aan. Kies Save. Op de plaats waar de cursor in uw Word document staat, daar wordt het schema ingevoegd. Kies in Word menu Invoegen, Figuur>, Uit bestand. Selecteer in het dialoogvenster bij Bestandstype : Enhanced Windows metabestand. Selecteer de directory waarnaar je de *.EMF file naar toe geschreven hebt. Klik deze aan en kies Invoegen. Uw schema wordt nu ingevoegd.
Indien uw tekstverwerker geen *.EMF files kan inlezen, kunt u ook van het schema een printscreen maken (toets Printscreen op het toetsenbord). Met behulp van "plakken" (in uw document op de rechter muisknop drukken), plaatst u dan het plaatje in uw document. Alleen datgene wat van het schema zichtbaar is op het scherm tijdens printscreen , komt ook in uw document.
4.3 Het maken van een hardcopy op de printer.
Het is ook mogelijk om het schema vanuit Caspoc schematische editor af te drukken. Kies File, Print.
Het dialoogvenster Print verschijnt, kies in dit venster OK. Het schema wordt afgedrukt.
Het kan zijn dat dit schema te klein wordt afgedrukt. Kies dan Options, Zoom> en dan een zoomfactor van meer dan 100%. Druk nu het schema nogmaals af.